Tilos

Ooit ben ik met wie ik ben naar Rhodos geweest in mei. Toen we terugvlogen naar Nederland, vlogen we over een klein eiland. Het vliegtuig was nog laag, kwam net van de startbaan los en ik zag het eiland in zijn geheel vanaf, zeg, vijfhonderd meter hoogte. Ik dacht: Daar wil ik een keer heen.

Terug in Nederland ben ik van alles op gaan zoeken over het eiland. Het is klein, met twee dorpen en twee echte stranden. Er zijn veel meer kleine strandjes in baaien, die vrijwel onbereikbaar zijn. Er is een webcam, maar die doet het bijna nooit en er is weleens een pandje te koop, maar dat is te duur.

Toen ik nog werkte heb ik vaak gedacht, daar ga ik heen wanneer ik met pensioen ga. Een soort afkikken van werk en alle dagen vis eten met Griekse salade. De ochtend beginnen met zwemmen in zee, niets is lekkerder, en de avond eindigen met een biertje dromerig vooruit kijken over het water. Het is er nog niet van gekomen. Met wie ik ben denkt dat ik geen drie weken of een maand stil kan zitten. Dat er niks te doen is, wat ik leuk zou vinden.

We hebben net een week in de Alpen gewandeld en nu zitten we een eindje verderop aan de Middellandse Zee. Oh, wat een drukte. We zijn er net 24 uur en ik wil nu al naar Tilos. Ik moet daar een keer naartoe. Kijken hoe het gaat om bruin gebakken terug te keren naar Nederland en dat de mensen vragen: Waar kom jij vandaan?

De komende dagen gaan we een parasol huren om lekker te kunnen zwemmen in zee. Dat gaat gebeuren en is eigenlijk ook best leuk. Het is lekker standaard en niet custommade. En allemaal Italiaanse scootertjes op de parkeerplaats bij het strand. Dat heeft ook wel wat. Nog geen sardientjes gehad. Dat komt nog wel…

25 juli 2021