Distant Smile

Soms is een verhaal dun. Bijvoorbeeld over een jochie uit Drenthe dat met de plaatselijke grammofoonplatenverkoper bevriend raakt en tot diep in de nacht over muziek praat. Ze houden niet op. Zo iemand die dan zelf muziek gaat maken met een geweldige gitarist en later ook met een gedrogeerde pianist en een stevige drummer. En niet te vergeten met “All the way from Nijverdal… Herman Deinum, bas…” Die muzikanten kwamen en gingen. Niet heel veel jaren speelde Harry Muskee als Cuby zijn blues met zijn Blizzards in dezelfde samenstelling. Jammer dat de beste gitarist uit Drenthe naar de Golden Earring ging. Zoals hij op het afscheidsconcert “Distant Smile” speelt, is nadien niet meer gehoord. Onbestaanbaar dat er geen beelden meer van zijn van dat concert, anders dan op de hoes van de grammofoonplaat die ervan is geperst.

Gelukkig bleek het afscheidsconcert niet het laatste… Het zat ergens tussen mijn eerste concert van C+B in De Meenthe in Steenwijk en het laatste concert in Musis Sacrum in Arnhem in. Ik vergeet niet meer hoe Muskee met fantastische muzikanten als Helmig van der Vegt, Herman Deinum en Erwin Java de blues brachten. Hoe Harry voor de band stond en subtiel aangaf dat de solo van Helmig klaar was en dat Erwin zijn kunsten mocht laten zien. Hoe de Hobobleus langzaam start en in de solo’s op zijn hoogtepunt komt en in stilte verdwijnt totdat Harry met het “Ohh, yeah…. ” het slotakkoord inzet. A distant smile is all there is….

Gisteravond was ik in Assen en bezocht met vrienden de voorstelling “Muskee” in een prachtige openluchttheatersetting aan de Havenkade. Mooi was het verhaal. Je leerde de man weer wat beter kennen. De muziek was prachtig. Maar echt fantastisch was de blues die langs kwam in nummers als So many raods en Another day, another road. Ontroerd raakte ik bij de inzet van Appleknockers flophouse, geschreven door Gelling en Muskee. Even hoorde ik de oude C+B terug… Wat een fantastische sound, wat een emotie, wat een rauwe beleving van de blues. Die eerste akkoorden van dat nummer zijn niet geëvenaard. Bij Window of my eyes realiseerde ik me dat dit de laatste keer moest zijn dat ik dit zou horen. Ik droomde dat het anders was.

A distant smile is all there is!!!

12 september 2021

Cuby and the Blizzards

Zoals een tag op de muur door een graffiti painter vond je overal op de bushokjes, transformatorhuisjes en schoolbanken in Drenthe en Overijssel de tekens C+B. Eind jaren zestig, begin jaren zeventig. Zelf heb ik me ook bezondigd aan het krassen op plekken waar anderen dat niet OK vonden. In mijn agenda van de derde van de Mavo stond C+B honderd keer. En toen kwam het afscheidsconcert.

Wij waren thuis niet van de VARA maar van de NCRV. Maar het afscheidsconcert was bij de VARA en de LP werd door hen uitgebracht. Mijn vader wilde het geld eigenlijk niet naar de VARA overmaken. Maar hij wist ook, dat hij mij er een plezier mee deed en dat vond hij het belangrijkste. Honderdduizend keer heb ik het mono album gedraaid met Eelco Gelling op gitaar en Herman Brood op de piano. Het Oooh Jah aan het eind van ‘Hobo bleus’ weet ik perfect te timen, het intro van ‘Distant Smile’ met Eelco Gelling is het mooiste intro ooit en de zin “One misty morning, i’m gonna write your name in the sky…” is niet geëvenaard.

Het gekke is dat de opnames van het concert niet meer bestaan. Ze zijn gewist, terwijl het muziekhistorie is. Er is zelfs een speciale bijlage van Muziekkrant Oor gemaakt. Die heb ik jarenlang bewaard, maar ik ben hem kwijt. Wanneer ik volgend jaar mijn treinbaan ga uitbreiden, met transformatorhuisje, hoop ik in de krochten van het huis waar ik woon, deze bijlage terug te vinden.

In 2000 was er een soort reünie van C+B gemaakt in Grolloo. Het album (de CD) heb ik twee keer gekocht. Ergens in een of andere CD speler moet nog een exemplaar zitten. Het hoesje had ik nog wel, maar de CD niet meer. Nergens te vinden, net als die bijlage van OOR. Gelukkig kon ik de CD nog een keer kopen. Machtig mooi hoe deze CD het legaat van Harrie Muskee en Eelco Gelling weergeeft. Tineke Schoenmaker van Barrelhouse zingt in ‘Sombody will know someday’ over die mistige morgen. Bennie Jolink, Barry Hay en Huub van der Lubbe doen mee en niet te vergeten neef Daniël Lohues.

Gisteravond kwam ik de liveregistratie van het concert bij de presentatie van dit album tegen in Paradiso op Youtube (kijk hier). Prachtig. De muziek, de zaal en de band (Hans La Faille (drums), Helmig van der Vegt(toetsen), Erwin Java (gitaar) en ‘all the way from Nijverdal’ Herman Deinum op bas.) Maar bovenal Harry Muskee zelf. Hij staat voor de band en kijkt hoe anderen zijn muziek spelen. Ik wist niet dat het bestond, maar het is uniek materiaal en dat zomaar in de vrije ruimte. Je moet alleen even door de reclame van YouTube bijten.

Ergens in september reis ik samen met met wie ik ben af naar Assen, naar de musical “Muskee, So many roads…” Dat wordt een mooie avond. Dat weet ik zeker.

29 mei 2021

Cuby Museum
Muskee, So many roads